Half een - half twee - half 3 … half vijf - half zes

Toen we gisteravond naar bed gingen hadden we de wekker gezet op half zeven. We willen namelijk om half acht de taxi nemen naar Road Bear om onze camper voor deze trip op te halen. En we willen ons dan natuurlijk niet verslapen. Want we hebben eerder doorgebeld of we vroeg konden komen voor een early start. Dat kon dus dan moet je dat wel nakomen. Vandaar de wekker. Maar die hadden we niet nodig. 

Als we om een uur of tien gaan slapen heb ik het gevoel dat ik de hele nacht kan door slapen. Of het nou komt door dat je nog moet wennen aan het tijdsverschil of dat je bang bent je te verslapen (ondanks de wekker), maar de eerste keer dat ik wakker schiet is om half één. Op dat moment denk ik nog dat ik ergens van wakker ben geworden. Ik slaap weer in. Half twee: opnieuw wakker. Nu begin ik toch te twijfelen of ik ergens van wakker ben geschoten. En als dit zich om half drie, half vier enz herhaalt weet ik het zeker. Ik heb gewoon last van het tijdsverschil.

En als Marja zich dan ook nog in het wakker worden mengt zitten we om een uur of vijf allebei overeind en besluiten we om half zes maar alvast te gaan douchen.

Om kwart voor zeven zitten we dan beneden bij Starbucks voor een caramel macchiato. Ze gaan vroeg dicht, maar ze zijn dan ook wel weer vroeg open. Op dat tijdstip zitten er overigens nog of alweer mensen in het casino achter die automaten te spelen. En sommigen zien er niet uit of ze nog even vijf minuten voor vertrek een paar dollar in zo’n automaat hebben gegooid.

Koffie op, terug naar boven en de koffers en alles ophalen. Zodat we om half acht beneden staan voor een taxi richting Road Bear. Bij zo’n hotel is dat snel geregeld, want daar staat altijd een mannetje (zelden een vrouwtje) om een taxi aan te roepen die wat verder op al klaar staat.

Onze camper

Om kwart voor acht, het is maar een eindje, staan we dan bij Road Bear voor het kantoortje. De openingstijden zijn vanaf acht uur staat er op een bordje op de deur. Maar als we de deur proberen zit die niet op slot. We mogen binnenkomen, maar de meneer die ons begroet vraagt ons een kwartiertje te wachten. 

Inmiddels komen er nog meer mensen van Road Bear binnen en al snel helpen ze ons op weg. Als ze horen dat dit al de vierde keer is dat we met een camper van Road Bear op pad gaan zijn de formaliteiten snel geregeld.

Als Marja ze eraan herinnert dat ze een tijdje geleden een mailtje had gestuurd met de vraag of het mogelijk was het nieuwe model (the Leprechaun) mee te krijgen reageert meneer 1, dat ze dat nooit kunnen garanderen en alleen kunnen doen….. Meneer 2 komt daar tussendoor: maar ze hebben een Leprechaun. Dus hier is het wel gelukt met ons huwelijksreis verhaal iets geregeld te krijgen.

De TV en keuken in de camper

Dus we gaan de camper bekijken en dat ziet er toch wel spectaculair uit. Hij is wat langer dan de vorige (een meter ongeveer) en hij heeft wat bijzondere specificaties. Het meest in het oog springend is de tv. Meneer 2, die ons de uitleg geeft, drukt nl. op een knopje en de tv komt langzaam uit het aanrechtblad omhoog en dan blijkt het een scherm van 80 cm te zijn dat daar verrijst. Spectaculair.

De eethoek in de camper

Om half negen zijn we dan op pad. Zo vroeg waren we nog niet eerder klaar bij het oppikken van onze RV.

Het is weer even wennen, maar al snel voelt het weer vertrouwd. Op naar de Walmart voor de boodschappen. Een kar vol. En net als elk jaar bekruipt me bij die eerste keer “bevoorraden” het gevoel: jeetje wat een hoop geld, hebben we wel genoeg. Maar elke keer komen we aardig uit, dus dat zal nu ook weer lukken.

Na de Walmart rijden we door naar Camping World. Daar hebben ze nl. een navigatiesysteem dat speciaal is ontwikkeld voor RV’s. Dat geeft bijvoorbeeld aan, dat je met je RV, waarvan je de gegevens hebt ingevoerd, bepaalde wegen niet kan rijden omdat daar bijvoorbeeld een viaduct in zit, dat te laag is voor je RV. En er staan ook heel veel campgrounds in voorgeprogrammeerd. Maar 200 dollar is toch wel een hoop geld voor die ingebouwde  “gemakken”. Dus uiteindelijk zien we er toch maar van af.

Daarna naar de campground: Sam’s Town ons bekend van onze eerste trip. Deze is niet gereserveerd, dus het is nog even spannend of er wel plek is, zo vlak voor een weekend. Maar er is voldoende ruimte. Dus al snel staan we op onze plek. En dan blijkt dat de RV toch wel erg lang is. We hebben opgegeven dat hij 30 feet is, maar als we hem hebben staan past ie eigenlijk maar net op de plek (steekt zelfs een klein beetje uit). 

Als we even gezeten hebben besluiten we een kijkje te nemen in Sam’s Town. En ook daar gaat weer een aardige wereld schuil achter de voorgevel. Een grote inpandige tuin, met een waterval en opvallend nep-namaakdieren. 

En ook weer een paar grote winkels. In een daarvan - een grote westernzaak - zien we onze painted pony’s weer. Ik had me net lopen afvragen wanneer we die weer zouden zien op deze reis. Er staan weer een paar hele mooie tussen. Maar omdat we op deze reis weer terugkomen in Vegas besluiten we te wachten, voor het geval we onderweg nog veel mooiere tegenkomen

Ik pas ook nog even een originele stetson. Alleen die dingen zijn keihard, maar dan blijkt dat ze die door ze in de stoom te houden en dan op iemands hoofd te plaatsen ervoor zorgen dat ie de perfecte pasvorm krijgt. En het staat wel erg goed zo’n hoed, ook al is ie nog niet gestoomd. Maar ik laat dat toch maar even niet doen, want de ene die ik even op had kost maar liefst 140 dollar. Met de dollarkoers valt dat misschien nog wel mee (ongeveer 110 euro) maar toch.

Na nog een paar dollar verspeeld te hebben halen we bij Subway een lekker broodje en gaan dan langzaamaan terug naar onze camper.

Dan blijkt dat de mensen die we daar zouden treffen inmiddels terug zijn bij hun camper (die twee plaatsen van de onze vandaan staat) en het duurt niet lang of we zitten, intussen ons broodje opetend, allerlei ervaringen uit te wisselen. 

En omdat ze over een paar dagen terugreizen naar Nederland hebben ze flink wat spulletjes voor ons voor in de camper, van zout en peper tot siroop voor op de waffles en dergelijke. En dan komt er ook nog een ander Nederlands stel, die ook over een paar dagen terug gaan, of een van ons misschien nog wat spulletjes kunnen gebruiken. Nog even en we hebben een aanhangwagentje nodig. Maar het levert ons toch een klein barbequetje op en een bijl.

Op een gegeven moment slaat het tijdsverschil nog even toe en begin ik onbedaarlijk en onweerstaanbaar te geeuwen. Dat is het signaal om afscheid te nemen van onze “buren”  alle spulletjes weg te stoppen en ons bed op te zoeken. Morgen willen we namelijk op tijd weg, omdat we een redelijke lange rijdag voor de boeg hebben.

En we zijn er ook wel weer aan toe om de hectische wereld  van Vegas achter ons te laten.

Dit keer slaap ik de hele nacht door, dus misschien was het toch wel de angst voor het verslapen die ons de vorige nacht zo wakker heeft gehouden en toch niet het tijdsverschil. Who’s to tell.

© MarenKo 2013