Santa Fé en Abiquiu

Santa Fé: wat zal of kan ik er van zeggen. Een mooie stad. De gebouwen zijn allemaal strak gebouwd. De parkeergarage ziet er niet als parkeergarage uit. En we kunnen het visitor-center niet vinden. Ook al staat de richting wel op bordjes aangegeven.

We zijn er al zo tegen negenen. Sommige winkels zijn nog niet open. Er is ook veel leegstand. Heeft misschien ook wel met de crisis te maken. 

En als je in een stad als Santa Fé in Nieuw Mexico rondloopt verwacht je dat de winkeliers vooral van die kleine drukdoenerige Mexicaantjes zijn. Niet dus. Vrijwel in alle winkels waar we komen zijn het “gewoon” Amerikanen. De stad is dus eigenlijk te Amerikaans om Santa Fé te mogen heten.

Gelukkig is ie ook wel weer zo Amerikaans dat we er eindelijk weer een Starbuck’s vinden.

Marja koopt er ook nog een paar teenslippers om de witte banen op haar voeten ook nog een beetje bruin te kunnen laten worden.

Premium outlet

Na twee uur zijn we de stad al weer uit (we hadden op drie gerekend) en op weg naar een Premium Outlet. Als we daar aankomen staan er toch aardig wat auto’s op de parkeerterreinen, ook al is het donderdag. Maar als we door de Outlet lopen vragen we ons af waar al die mensen van die auto’s zijn. Zijn die auto’s misschien vooral van het personeel? Who knows. Ook hier staan verschillende winkels leeg.

Marja gaat bij Tommy Hilfiger op zoek naar een paar t-shirts voor Kevin en een cap voor Brian. De shirts lukken, de cap (nog) niet. Ik koop een polo voor mezelf.

Omdat het sfeertje hier niet echt stimulerend is zijn we ook hier binnen het uur weer weg.

Walmart

Volgende stop: de WalMart. Een paar boodschappen een een extra tas gekocht voor “al die dingen” die we gekocht hebben. Dat valt overigens nog erg mee.

Als we daar klaar zijn stellen we Tom in op een plaatsje dat Abiquiu heet. Geen idee wat daar te vinden is, maar de weg ernaar toe wordt aangegeven als scenic route. En Marja heeft kort achter Abiquiu een campground gevonden.

Nou dat van die scenic route, dat klopt als een bus. Geweldig wat een natuurschoon je hier toch allemaal ziet. En sommige rotsen worden al weer rood, dus Marja voelt zich hier zo langzamerhand weer thuis.

Veel wild valt hier overigens niet te scoren. Maar vooruit, gister hebben we een heleboel herten gezien.

Dan passeren we Abiquiu. Nou ja passeren, we zien een paar gebouwtjes en dan zijn we er al weer door. Tom zegt dat we onze bestemming bereikt hebben, maar wij weten beter en we rijden verder.

Lake Abiquiu

De weg is nog steeds schitterend. En dan zien we het bordje voor de campground (1 mile). Dus 1 mile verder gaan we linksaf en dan zien we opnieuw een geweldig schouwspel voor ons. Een stuwmeer, een campground met uitzicht op dat meer en op nog veel meer, en een geweldige omgeving.

We melden ons bij campsite 6 (stond op het bordje bij de ingang dat we dat moesten doen). De camp-attendent wijst ons een mooie plek toe voor 10 dollar. Dan hebben we wel geen water en electriciteit, maar dat kan ons niet bommen. Als de plek maar mooi is.

Gezellig gesprek

Als Art (zo heet de man) hoort dat we uit Nederland komen zegt ie dat we even bij zijn collega-attendent moeten langsrijden. Zij is ook Nederlandse en haar zuster is net over voor een vakantie. Als zijn vrouw hoort dat hij zegt dat ze Nederlandse is, roept ze vanuit hun camper dat die collega uit Noorwegen komt. Desondanks spoort hij ons aan bij ze langs te gaan, want dat zullen ze leuk vinden. Dus dat doen we dan ook.

De Noorse dame waar het om gaat woont al 40 jaar in Amerika. En we hebben een gezellig gesprek met haar, haar partner en haar zus.

Tot slot geeft ze ons nog wat aanwijzingen om bij het meer te komen. En als we de camper hebben gestald, lopen we inderdaad even naar beneden. Daar zitten we een tijdje aan de rand van het koude meer (het is een stuwmeer bij de dam van Abiquiu, hoe kan het anders?). Daarna weer terug naar de camper waar we de kooltjes opwarmen en een paar kipfiletjes braden, die we daarna heerlijk oppeuzelen met wat rijst er bij.

Marja “doet” daarna nog de foto’s op de laptop zetten en de gps-tracker opladen. Dit keer lig ik eerder in bed dan Marja, maar die volgt al snel. Uit het grote raam van ons slaapkamertje genieten we nog even van het schitterende uitzicht op de sterrennacht. Jammer genoeg maar een klein stukje daarvan, want ook hier zijn de sterren niet van de lucht.


© MarenKo 2013