Taos en Taos Pueblo

Inderdaad hebben we bedacht naar Applebee’s te gaan. Omdat de camphouder ons heeft afgeraden lopend te gaan (het is 1½ mile met niet overal een stoep langs de toch wel drukke weg) ontkoppelen we de RV en rijden richting Applebee’s: tijd van aankomst ca. kwart voor zeven. Als we er binnenstappen krijgen we te horen dat we even 5 - 10 minuten moeten wachten. Dus dat valt wel mee. En het wordt zelfs beter, want binnen 5 minuten worden we naar een tafel gebracht (zo doen ze dat hier in Amerika). Maar dan begint de “vertoning”. Het is dan 18.50 uur. Om 19.15 uur is er nog niemand bij ons geweest om op zijn minst te vragen wat we willen drinken. We zien één van de kelners die kennelijk op zijn laatste benen loopt af en toe voorbijschuiven. 19.30 uur We hebben onze drankjes en de toezegging dat iemand snel onze bestelling komt opnemen. Een kwartier later is dat eindelijk gebeurd. Inmiddels beginnen aan tafeltjes bij ons in de omgeving andere mensen ongeduldig te worden. Een paar mensen besluiten zelfs om te vertrekken. De kelner die onze bestelling heeft opgenomen komt even checken of we die al hebben gekregen. Niet dus. Hij zal erachter aan. Even later komt hij gegeneerd vertellen dat de koks onderbemand zijn en dat ze te laat aan onze bestelling zijn begonnen. We vragen hem of het bedrijf een policy heeft voor dit soort situaties. Hij gaat het navragen. Even later staat de baas aan onze tafel, met veel verontschuldigingen en een toezegging die we niet helemaal meekrijgen. Eindelijk om 20.15 uur, dan zijn we bijna anderhalf uur binnen, krijgen we onze bestelling geserveerd. Dan blijkt dat Marja’s steak niet medium gebakken is maar “well done” (niet dus) en mijn steak is in plaats van medium nog erg rauw. De mashed patatoes van Marja zijn bovendien niet echt warm meer en de groenten die erbij zitten zijn nog keihard. Als de kelner aan onze tafel staat en vraagt of we er iets aan willen laten doen, zeggen we: laat maar. Dat zou waarschijnlijk nachtwerk worden. Als vervolgens de chef komt vragen of alles nu in orde is vertellen we hem wel wat er allemaal aan mankeert. Nogmaals verontschuldigingen en hij zou wat regelen. Wat weten we op dat moment nog steeds niet. Als we klaar zijn met eten vragen we om de rekening. Een andere kelner komt ons vertellen dat de baas de rekening heeft doorgestreept. Dus we kunnen het etablissement zonder te betalen verlaten. Nou ja daar hebben we ook wel wat voor moeten doorstaan. En het gekke is dat we eigenlijk een beetje medelijden hebben met de kelner die ons hielp. Want het leek wel of hij veel te veel tafels in zijn ‘wijk’ had en er ook niet veel aan kon doen.

Affijn, weer een ervaring rijker.

Taos op zoek naar Julia

Dan naar vandaag. Vanochtend hebben we een beetje uitgeslapen. We zijn gister ook wel laat naar bed gegaan: tegen twaalven pas. Maar we hebben gister al besloten nog een nacht op deze campground te blijven. Dus we hoeven niet veel kilometers te rijden. Vandaag staan Taos zelf, de woonplaats ook van Julia Roberts, en Taos Pueblo, een oorspronkelijk indianenstadje dat ergens midden 14e eeuw is gesticht op het programma.

Eerst Taos. Nadat we eerst nog even een paar boodschappen hebben gedaan, rijden we naar een parkeerplaats iets buiten het centrum (free parking stond er op het kaartje en we blijven natuurlijk Nederlanders). Waarschijnlijk een van de weinige plekken waar je met de camper kan staan.

Daar staat ook een relikwie uit de flower-power tijd geparkeerd. Een soort van pick-up met een eigengemaakte opbouw. De motorkap staat open, motoronderdelen liggen er naast en er hangt een aftandse caravan aan (waar ook nog eens een paar honden in zitten). En er staat zelfs een bordje “for sale” op: yeah right!!

Als we dan het stadje inlopen houden we onze camera voortdurend in de aanslag. Stel je voor dat je ineens Julia Roberts ziet rijden of lopen. Daar wil je toch wel een foto van maken. Als er ergens een auto wordt aangehouden grappen we zelfs dat dat mevrouw Roberts wel zal zijn voor drunken driving en dat we dan primeurfoto’s hebben. Maar helaas het is een heel andere dame en het zal wel met snelheid te maken hebben.

Woolfestival

We lopen ook nog even over het terrein van het wool-festival. Het is opmerkelijk van welke dieren je allemaal wol kan krijgen: je hebt natuurlijk schapenwol, geitenwol maar ook yak-wol, lama-wol, alpaca-wol, konijnen-wol. En ze hebben het daar allemaal en allerlei dingen die je daar van kan maken. Van hoedjes tot chique kleren.

De stad zelf maakt op ons een indruk dat het een stad is van kunstenaars en juwelenmakers. Er zijn (net als in Albuquerque en Santa Fé trouwens) weer heel veel galerijen en juwelenwinkeltjes. “Normale” winkels zijn er nauwelijks. Dus voor een beetje gewoon shoppen moet je hier niet zijn.

Na ongeveer 1½ uur hebben we het dan ook wel gezien.

Dus op naar Taos Pueblo. Een ritje van een paar mijl. Dus tegen elven zijn we daar. En om ongeveer half twaalf rijden we daar weer weg.

Taos Pueblo

Als we er aankomen worden we naar een parkeerplaats gedirigeerd voor RV’s. Daarna moeten we ons melden bij het registratiekantoor. Als we daar naartoe lopen worden we door een Amerikaans stel aangesproken: of we foto’s gaan maken? Dat is wel onze bedoeling. Nou zegt de man, neem dan deze “tag” (die hij van zijn toestel afhaalt), dat scheelt je weer een paar bucks. Tja, je moet daar dus zelfs betalen voor het maken van foto’s (6 dollar). Oke het is het bedrag niet, maar het idee doet toch een beetje raar aan. Ik registreer ons bij het kantoortje, betaal twintig dollar en dan lopen we het plaatsje in. Met de “tag” van de Amerikaan aan ons toestel maken we dan toch een paar foto’s. Het vervelende is alleen, dat in zo’n plaatsje dat een authentieke indruk zou moeten maken, nu overal een soort reclameborden staan. Ook stuiten we regelmatig op hekken waar ons de toegang wordt ontzegd. En eerlijk gezegd, het is interessant, maar al die gebouwtjes lijken wel erg op elkaar. Er is één gedeelte, met in feite huisjes op elkaar gestapeld, die ze met ladders kunnen bereiken, dat het best weergeeft hoe het geweest moet zijn. Ik heb ooit wel eens gelezen, dat ze die ladders, bij aanvallen van vijandige stammen, konden optrekken om zich tegen die aanvallen te kunnen verdedigen.

Affijn: een half uurtje en we hebben het ook hier wel gezien. Geeft ook wel aan denk ik dat wij toch vooral mensen zijn van mooie natuur en niet zozeer van steden of oude steden.

We besluiten terug te gaan naar de campground en nog een rustig middagje eraan vast te plakken. We hebben tenslotte al weer bijna 2300 miles achter de rug.

Marja koopt onderweg nog even een slof sigaretten bij een onooglijk winkeltje, maar wel heel goedkoop.

Even rusten en eten

Terug op de camping ga ik ff lekker douchen en kruipt Marja een uurtje met haar boek op bed (en even later zonder boek).

En, omdat we gister zo goedkoop hebben kunnen eten, besluiten we ook vanavond weer uit eten te gaan. We kunnen kiezen uit twee restaurants vlakbij de camping: Tequilla’s fine Mexican Restaurant. Nou zo “fine” ziet het er van buiten niet uit als we er langs lopen. Dus naar de overkant van de weg, naar de Guadalajara Grill.

Blijkt het een soort afhaal-restaurant te zijn, waar wel tafels staan, zodat je ook daar kunt eten. Als je binnenkomt kun je gelijk bestellen. Dus dat gaat al een stuk sneller dan gister. Je drankjes neem je dan vervolgens zelf mee naar je tafel, waar even later je bestelling wordt gebracht. Het plastic nummerbordje dat je  meegekregen hebt, maakt dat ze weten waar ze de bestelling moeten brengen.

En na nog geen drie kwartier staan we weer buiten. Dus nogal een verschil met gister. Het eten was redelijk. Oké het is geen sterrenrestaurant dat moge duidelijk zijn. Maar voor 36 dollar (inclusief tip) kun je ook niet veel verwachten.

Alles bij elkaar betekent dat dat we voor ongeveer 9 dollar per persoon (ongeveer 6,50 à 7 euro) twee avonden achter elkaar uit eten zijn geweest.

We lopen op ons gemak weer terug naar de camping. Het is inmiddels aardig afgekoeld en we kruipen gauw de camper in. In de verte, achter de bergen, zien we later tegen de donkere nachtlucht gigantische flitsen weerschijnen. Je hoort er verder niets van. Daar onweert het dus. Bij ons is het rustig.

Vanavond weer wat vroeger naar bed, want we willen morgen vroeg aan onze laatste week alweer beginnen.


© MarenKo 2013